‘Niet iedereen kan dat stipje precies in het midden zetten, hoor!’ Ja, ook kleuters hebben een mening over kunst. Met een filosofieklas van kinderen uit groep 2 en groep 3 dacht ik na over de vraag ‘wat is kunst?’. Dat deden we naar aanleiding van het prentenboek ‘Prinses Arabella in het museum’. Na het voorlezen haalden we herinneringen op aan onze eigen ervaringen met kunst. Het ging vooral over gekke kunst. Een schilderij met een stip in het midden bijvoorbeeld. En schilderijen met blote mensen. Ook dachten we na over wie nou eigenlijk bepaalt of iets kunst is.
Eigen ervaringen
Eerst informeer ik wie zelf wel eens in een kunstmuseum geweest is. Ik heb geluk want de klas blijkt recent naar het Groninger museum te zijn geweest. Ik vraag hoe het was.
‘Nou, best leuk, dan hangen er overal om je heen van Gogh schilderijen en zo. Je ziet dat hij altijd van die kleine streepjes maakt en daarmee maakt hij gewoon een prachtig schilderij.’ Daniel is helemaal uitgelaten en klinkt heel wijs.
Net als Silvie: ‘We zagen ook een piano die vanzelf speelde en je zag de noten ook indrukken dus ik dacht daar moet gewoon een doorzichtig iemand staan!’
Iemand anders vertelt over een schilderij met een bloem en een vaas door elkaar heen. ‘Dat vond ik wel gekke kunst.’
Gekke kunst
‘Weten jullie nog meer voorbeelden van gekke kunst?’
‘Ik was eens in een museum en daar hingen wel gekke dingen. Er was een mens dat was bloot en dat waren drie mensen door elkaar heen. Het was wel knap geschilderd.’
‘Ik heb ook een keer een schilderij gezien met een man in zijn blootje en een vrouw in zijn blootje.’
Een stip
‘Ik weet ook iets. Ik zag een keer een doek en dat was helemaal wit en er was een rood stipje in het midden. Dat vond ik stom, want dat kan ik ook!’
‘Waarom is dat dan toch kunst?’
‘Ik weet het! Je brengt mensen op een idee, dat ze zelf ook kunst kunnen maken!’
Juan komt op voor de schilder. ‘Nou, maar niet iedereen kan dat stipje precies in het midden zetten, hoor.’
‘Ja, en als het meer stippen waren, dan zou het op een steen lijken!’
‘Toch vond ik het stom,’ houdt Annerose vol.
Boos over kunst
Ik vertel dat er net als Annerose wel meer mensen boos worden over dat soort ‘gekke kunst’. Zo boos dat sommige mensen zelfs het schilderij beschadigen zoals gebeurde bij het schilderij ‘Who’s afraid of Red, Yellow and Blue’. En recent was er veel discussie over de banaan die met duct-tape op de muur was geplakt. Ik vraag waarom mensen daar dan boos om worden.
‘Omdat die mensen gewoon maar één ding doen. Zoals die wc. Ze zetten het eventjes op de kop en dan is het kunst!’ Rowin klinkt verontwaardigd.
‘Hoezo voelt dat dan oneerlijk?’ vraag ik daarom.
‘Nou, ik had dat ook kunnen doen.’
‘Wat is kunst dan?’
‘Kunst is van alles. Als ik bijvoorbeeld gewoon kriskras ga verven, dan is dat ook kunst. Maar er is ook iemand die zegt of het in een museum kan hangen.’
De kijker is de baas
Ik laat foto’s zien van zes schilderijen. Ze zijn van Mondriaan, Appel, Dali, Picasso, Rembrandt en Helmantel.
De schilderijen worden uitgebreid bekeken en becommentarieerd. Bij het schilderij ‘Pier en Oceaan’ van Mondriaan weten de kinderen niet wat het is. ‘Nog meer gekke kunst’, zucht Rowin. Al ziet hij er van alles in. Een doolhof, een kerkhof, spijkers…
‘Maakt het uit wat het is?’
‘Ja, want het is wat de kunstenaar wil dat het is.’
‘Dus als jij er iets anders in ziet dan heeft de kunstenaar gelijk?’
‘Je mag zelf weten wat je erin ziet,’ vindt iemand anders. ‘De kijker is de baas.’
‘Dan moet je dat schilderij geen naam geven,’ vindt Rowin.
‘Je kan er ook een bordje bij hangen om op te schrijven en dat de kijker nog een andere naam er bij mag zetten!’ bedenkt Annerose. Best een goed idee eigenlijk.
Kleutertekening
Karel Appel krijgt het te verduren.
‘Het is net een kleutertekening,’ vindt Rowin, die net zes jaar geworden is. Hij voelt zich duidelijk geen kleuter meer.
Juan verdedigt de schilder: ‘Probeer jij dat maar precies na te tekenen dan.’
Waarop Annerose zegt: ‘Ik vind het wel mooi, maar ik kan dat ook. Donkerblauw heb ik, geel heb ik. Ik kan dat net zo doen. Het is wel een techniek, maar het is een heel makkelijke techniek. Dat kan je wel in een uurtje klaar krijgen.’
‘Maar dat is heel moeilijk,’ zegt Rowin. Hij wijst naar het schilderij van Rembrandt. ‘Dus dat vind ik echt kunst. Want daar ben je heel lang mee bezig.’
‘Dat zou een handige regel zijn,’ zeg ik. ‘Maar ben je met kunst dan altijd lang bezig?’
‘Vaak wel.’
‘Dat hoeft niet, hoor,’ roept Daniel. ‘Een kunstenaar is gewoon iemand die mooie dingen kan maken.’
‘Maar jullie kunnen ook mooie dingen maken. Zijn jullie dan ook kunstenaar?’
‘Nee,’ vinden ze allemaal.
De baas van kunst
‘Wie bepaalt dan wat kunst is?’
‘God,’ roept Rowin stellig.
‘Aha, maar…’ zeg ik peinsend. ‘als ik het hem vraag geeft hij geen antwoord. Dus dan weten we het nog niet.’
‘Dan zullen we het nooit zeker weten,’ besluit Rowin. ‘Dat is niet erg, hoor,’ voegt hij eraan toe. Het klinkt wat wankel en ik vraag me af wie hij probeert te overtuigen!
Meer blogs over filosoferen over kunst
- Filosoferen over kunst: ‘Er moet wel een idee achter een schilderij zitten’
- Kunnen varkens kunst maken?
- Buiten de kaders denken? Denk eens binnen de kaders!
Tip
Op de website www.deklasvanjuflinda.nl vind je nog meer lesideeën rondom kunst voor kleuters