De bso is heel geschikt om met kinderen te gaan filosoferen. Daar is de sfeer wat speelser en je kunt makkelijk met een wat kleiner groepje gaan zitten. Door regelmatig met kinderen te praten, bouw je een band met ze op. Doordat filosofische vragen geen persoonlijke vragen zijn, loopt zo’n gesprek bij veel kinderen makkelijker. Het leuke is dat je ze zo ook beter leert kennen. Je leert niet alleen wat ze denken maar vooral ook hoe ze denken en dat kan heel verrassend zijn.
Op deze site vind je veel voorbeelden van filosofische gesprekken met kinderen. Hieronder lees je bijvoorbeeld over een filosofisch gesprekje op de rand van de zandbak over zandkorrels, sterren en de rand van het heelal.
Filosoferen op de rand van de zandbak
Op de rand van de zandbak vroeg ik: zouden we dit zand kunnen tellen? Er zaten drie kinderen om me heen.
‘Nee, dat is echt niet te tellen,’ antwoordt Sem meteen.
‘Als je haast je hele leven bezig gaat, dan kan het denk ik wel,’ vindt Anna. ‘Of nee, meer, langer, ja, gewoon twee hele levens.’
‘Dan ook niet, hoor, het kan gewoon niet,’ houdt Sem vol.
Anna geeft zich ook niet zomaar gewonnen: ‘Misschien als je er met meerdere mensen aan werkt, als ik zeg maar begin en ik ga dood dan ben ik misschien nog niet klaar, maar dan gaat mijn kind verder.’
Nu krijgt ze bijval van Josse. ‘Alle mensen kunnen ook allemaal tegelijk gaan tellen!’
Sem blijft sceptisch. ‘Dat lukt ook niet, je kan niet korreltje voor korreltje gaan tellen, want overal zit zand. Het zit zelfs in de kleinste hoekjes als je bijvoorbeeld een boek mee hebt genomen. Maar er zijn nog veel meer sterren dan zandkorrels.’ Sem kijkt triomfantelijk nadat hij dit laatste weetje heeft gelanceerd.
‘Echt?’ roept Josse verbaasd uit.
‘Ja,’ gelooft ook Anna, ‘want het heelal is toch oneindig ofzo?’
‘Het heelal is niet helemaal oneindig, er zit wel een einde aan alleen groeit dat zo snel dat we dat niet eens bijhouden,’ beweert Sem.
‘Hoezo groeit het heelal?’
‘Ja, weet ik veel.’
‘Stel dat je nou in een soort raket bij de rand van het heelal bent gekomen, wat is er dan daarna?’ peinst Anna.
‘Er is geen rand,’ denkt Sem. ‘Op een dag hebben ze een raket uitgevonden die een miljard keer sneller gaat dan het licht. Die sturen ze omhoog, een paar miljoen jaar later heeft die raket nog steeds brandstof, dan stoot die raket echt niet ergens tegenaan, hoor!’
‘Dat is een heel gek idee!’ vindt Josse. Ze kijkt nog een tijd peinzend voor zich uit terwijl ze stroompjes zand door haar vingers laat glijden.
Tips om te filosoferen op de bso
Verrassende vragen stellen, waar bijzondere gesprekken uit volgen, gaat vaak vanzelf als je wat vaker bij jezelf denkt ‘hoezo eigenlijk?’ en ‘hoe zit dat eigenlijk?’. Als je vervolgens deze drie tips ter harte neemt, ontstaan er vanzelf leuke gesprekken.
1. Stel vragen vanuit verwondering
Een filosofisch gesprek begint met verwondering en nieuwsgierigheid. Stel vragen waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn die allemaal goed of waar kunnen zijn.
2. Vraag door!
Als een kind een antwoord heeft gegeven, is het gesprek niet klaar, maar begint het pas. Prikkel hem of haar met echte doorvraagvragen:
- Hoe weet je dat?
- Wie bepaalt dat?
- Zou het ook anders kunnen zitten?
- Is dat altijd zo?
- Kun je een voorbeeld geven?
- Bestaat daar een regel voor?
3. Hou je van de domme
Met een leeg hoofd en een onwetende houding luister je beter! Dus doe of je zelf niks weet en stel nieuwsgierige vragen.
De meeste kinderen staan wel open voor dit soort gesprekken als je je echt geïnteresseerd in hun ideeën toont. Probeer ook eens dit soort vragen te stellen en op een andere manier met de kinderen in gesprek te gaan. Als je het lastig vindt om zelf vragen te verzinnen kun je daarvoor ook speciale spellen gebruiken zoals de Praatprikkels, de Praatplaatjes en Denkdobbelen. Of lees hier wat goede filosofische vragen zijn.
Na het voorlezen is ook ideaal moment om met kinderen te filosoferen. In dit blog vind je tien leuke prentenboeken waarmee je leuk kunt filosoferen.